Op 19 december 1919 kwam Elsa Antonia de Groot ter wereld als dochter van musicus Hugo de Groot en zangeres Mies van Wettum (later bekend als Mia Dorel). In navolging van haar vader ontwikkelde ze zich tot een productief en kundig componiste van toegepaste muziek. Op haar 100e geboortedag eren we haar met dit geschreven portret.
Zoals bij componisten van gebruiksmuziek en muziek voor buitenmuzikale media wel vaker het geval is leverde Else van Epen-de Groots indrukwekkende productie in deze categorieën haar geen naamsbekendheid of erkenning van een groot publiek op. Gezien haar bescheiden karakter zal ze daar niet van wakker hebben gelegen. Op biografisch terrein is ons slechts bekend dat ze op 14 september 1946 ze in het huwelijk trad met Maar van Epen, een 10 jaar oudere architect (en schaker). Het echtpaar kreeg geen kinderen. Van Epen-de Groots oeuvre is echter de belangrijkste reden voor een artikel op deze website.
Muziek bij hoorspelen
Voor zover we kunnen nagaan debuteerde ze in mei 1946 met het componeren van de muziek bij het hoorspel De schoonmaak, een terugblik op een ernstig probleem van Ben Bunders, geregisseerd door Herbert Perquin. De partituur vermeldt haar meisjesnaam, Elsa de Groot. Het was het begin van een lange rij hoorspelmuzieken, waarvan de surrealistische hoorspelserie De Wadders - 150 afleveringen tussen 1957 en 1961, naar een script van Jan de Cler en Emile Lopez -de grootste luisterdichtheid bereikte.
Wouter Paap - onder zijn pseudoniem F. Luisteraar - kenmerkte haar hoorspelmuziek in De Volkskrant van 13 februari 1948: Eigenlijk behoort de muziek een vast bestanddeel van het hoorspel te zijn. Wij bezitten op het ogenblik een jong componiste, die voor het schrijven van dit soort muziek een aparte begaafdheid bezit. Dit is Else van Epen-De Groot, een dochter van de radio-dirigent en -componist Hugo de Groot. Zij is „nourri dans le sérail" wat de eigen radio-mogelijkheden betreft en ik heb dan ook nooit andere muziek van haar gehoord, dan die bij hoorspelen. In de series: Uit de schatkamer van het Oude Testament en Banden die binden (Nederland en Indië in de loop der eeuwen) van de K.R.O. heeft zij een belangrijk aandeel en tegen Driekoningen hoorde ik muziek van haar bij het spel Epiphania van Henri Ghéon, die in haar soort voortreffelijk genoemd kon worden. Zij gaat met bescheidenheid, goede smaak en omlijnd muzikaal voorstellingsvermogen te werk, deze radio-componiste, en haar muziek, die in het begin wat vaag en zelfs wat onbeholpen was, is voortdurend markanter en beter van structuur geworden. Alleen geloof ik, dat er de laatste tijd wat al te dikwijls een beroep op haar gedaan is. Dan draagt haar muziek de sporen van haastwerk en vervalt zij in bepaalde maniertjes. Routine is op dit gebied een groot gevaar. [...] De muziek van Else van Epen- De Groot is intuïtief en van een dikwijls fijne gevoelsuitbeelding.
Muziek bij films
In de jaren '50 en '60 werd Van Epen-de Groot ook regelmatig gevraagd muziek te schrijven bij bedrijfsfilms en soundtracks voor speelflims. Zo werkte ze samen met maker van opdrachtfilms Ytzen Brusse (Romance in Enkalon (1953)) en de cineasten Louis van Gasteren (Bruin goud (1952), Stranding (1960) en Het huis (1961)) en Paul Rotha (De overval (1962)). Een fraai voorbeeld is ook de promotiefilm voor ons land, als onderdeel van een reeks landenportretten in NAVO-verband.
Gebruiksmuziek
Samen met onder anderen haar vader Hugo en Jan Stoeckart behoorde Van Epen-de Groot ook tot de 'stal' van De Wolfe Music, een Brits muziekproductiebedrijf opgericht door de Nederlandse componist en orkestleider Meyer De Wolfe. Ze schreven zogenoemde library music, muziek met vaak een specifieke sfeer of karakter die werd opgenomen om in licentie te worden geleverd aan klanten voor gebruik in de mediawereld. Deze opdrachten accepteerde ze onder de schuilnaam Derek Laren.
Kunstmuziek
Naast al deze muziek die in dienst stond van andere media schreef ze af en toe stukken die op zichzelf kunnn worden uitgevoerd. Zo componeerde ze twee liedjes op tekst van Alexander Pola voor het Nationale Songfestival van 1956: 't Is lente, destijds gezongen door Corry Brokken en Mei in Parijs, vertolkt door Jetty Paerl.
Het NCRV-tv-programma Muziek voor U, op geheel eigen wijze gepresenteerd door omroepmusicus Pi Scheffer, vroeg klassieke componisten stukken te schrijven voor een jazzorkest. Van Epen-de Groot componeerde voor de gelegenheid het frisse, swingende Sub-tropica, dat ze op 16 juni 1962 zelf dirigeerde.
De klok op de deur
Van Epen-de Groots laatste muzikale levensteken in omroepverband is het componeren van de herkenningsmelodie voor de televisieserie De klop op de deur (1970-71, scenario: Jan Willem Hofstra, naar Ina Boudier-Bakker). Het Promenade Orkest o.l.v. Gijsbert Nieuwland speelde de muziek bij de 15 afleveringen, een orkest onder leiding van haar vader tekende voor de plaatopname.
Op 29 mei 1994 overleed Else van Epen-de Groot op 74-jarige leeftijd.